In 1941 werd de Nederlandse Kultuurkamer opgericht en elke kunstenaar, van fotograaf tot musicus, moest zich hiervoor inschrijven. Anders mochten en konden zij niet langer hun beroep uitoefenen. Joodse kunstenaars mochten helemaal geen lid worden. Sommige kunstenaars weigerden dit en verloren hiermee hun inkomen. Toch was het daarmee niet afgelopen. Velen van hen sloten zich aan bij het Kunstenaarsverzet. Er ontwikkelde zich in het geheim ook een alternatieve manier om te kunnen blijven werken: clandestiene optredens werden bij mensen thuis in hun huiskamer georganiseerd binnen een besloten kring van luisteraars. Deze huiselijke optredens kwamen bekend te staan als ‘zwarte avonden’ en verspreidden zich tussen eind 1942 en begin 1943 over heel Nederland.
Tot het einde van de oorlog werden er zwarte avonden georganiseerd. Musici, acteurs, dichters en vele anderen reisden Nederland rond om lezingen en voordrachten op te voeren. Er ontstond een groot netwerk van huishoudens en optredende kunstenaars. De bezoekers betaalden voor de avonden opdat de kunstenaars een ‘salaris’ voor hun werk kregen.
Arnhem was één zo’n plaats waar zwarte avonden plaatsvonden. In de stad waren er meerdere families die zich hiermee bezighielden. Het echtpaar Van der Hoef-Asjee was zeer actief en organiseerde ruim 200 optredens tussen mei 1942 en mei 1944. De slag om Arnhem maakte een einde aan de avonden. Alhoewel het organiseren van (grote) bijeenkomsten niet was toegestaan en musici en kunstenaars niet in het openbaar mochten optreden, was er geen duidelijk verbod om dit in besloten kring te organiseren. Echter mochten kunstenaars hun beroep zonder lidmaatschap van de Kultuurkamer niet uitvoeren. De avonden genereerden niet alleen hun inkomen, maar bracht mensen bijeen en men wisselde propaganda uit in de vorm van illegaal gedrukte boekjes en rijmprenten.
Frouke Jacoba Van der Hoef-Asjee was wonende met haar man Johannes in Arnhem. Zij was zeer actief in het organiseren van de ‘zwarte avonden’ bij haar thuis en het bijhouden van de vele contacten die zij hadden met verschillende kunstenaars.
Johannes van der Hoef, getrouwd met Frouke Jacoba Van der Hoef-Asjee, was betrokken bij het organiseren van de ‘zwarte avonden’ in Arnhem.